BrabantVoedselzekerheid en RO beleid KJP.pptx

krijn_poppe 3 views 18 slides Oct 03, 2025
Slide 1
Slide 1 of 18
Slide 1
1
Slide 2
2
Slide 3
3
Slide 4
4
Slide 5
5
Slide 6
6
Slide 7
7
Slide 8
8
Slide 9
9
Slide 10
10
Slide 11
11
Slide 12
12
Slide 13
13
Slide 14
14
Slide 15
15
Slide 16
16
Slide 17
17
Slide 18
18

About This Presentation

Presentatie voor een bijeenkomst van de provincie Brabant bij de start van het opstellen van hun Voedselstrategie


Slide Content

Voedselzekerheid en Ruimtelijke Ordening Krijn Poppe (met dank aan Martha Bakker / presentatie IPO ) Provincie Brabant, Den Bosch, okt. 2025

Voedselzekerheid: wat is het (niet) ? Honger wordt veroorzaakt door: Armoede Logistieke problemen, met name in oorlogssiutaties Internationale handel en transport zijn beste remedie: Handel schept welvaart en in de regel minder armoede Handel komt te hulp bij misoogsten en andere crises. ‘Coping mechanismes’ in geval van oorlog: ander dieet, voedseldistributie, ingrijpen productie (geen siergewassen, veeteelt), volkstuinen (‘ Victory gardens ’).

Voedselzekerheid : voor wie ? Voor Brabant / Nederland Streef geen autarkie na, Risico van misoogst e.d. vraagt om handel In oorlogstijd werkt de economie heel anders Voor Europa Geldt ongeveer hetzelfde Denk aan strategische afhankelijkheden: fosfaat, energie Voor de wereld Bijdrage in productie beperkt Maar cluster kan een rol spelen met kennis en kunde, ook uit welbegrepen economisch eigenbelang: Innovatielab

Nederland in autarkie In NAVO- en EU verband een WO I scenario niet zo waarschijnlijk Nederland (17 mln inwoners) lijkt zich ongeveer te kunnen voeden met forse aanpassingen: proefschrift Theo Bakker, in 2013 herhaald door Ida Terluin et al.: Voedselvoorziening in Nederland onder buitengewone crisisomstandigheden Lessmann et al., [ A spatially explicit assessment on the carrying capacity of livestock under minimum feed imports and artificial fertilizer use in Dutch agriculture in: Agricultural Systems, 2024]: Bij wegvallen import veevoer is de krimp: veestapel - 57% (kippen en varkens - 82%; melkvee -19%) Bij scheuren grasland: kippen en varkens – 80%; melkvee - 59% Met toenemend gebruik van kunstmest (akkerbouw), maar hebben we dan de energie daarvoor? Zoet water (droogte bij klimaatverandering) en gebruik gewasbeschermingsmiddelen (aanvoer en KRW) kan problematisch worden

Ruimtelijke neerslag

Ervaringen WO II 1934: start ontwikkeling distributiesysteem op basis ervaring WO I 1939: proefdistributie met suiker en groene erwten 1940 grote voorraden van o.a. granen, vetten en rijst. Import van veevoergrondstoffen wordt onmogelijk. Grasland wordt gescheurd voor akkerbouw Veestapel krimpt: Kippen van 35 mln. naar 3,7 mln. Varkens van 1.6 mln. naar 0,3 mln. Runderen van 2,8 naar 1.9 mln. (boteroverschot door wegvallen export) Hongerwinter 1944/45 door logistieke problemen (staking, strenge vorst), steenkolentekort na bevrijding Zuiden. Honger al voor bevrijding opgelost door noodhulp

Voedselzekerheid voor Nederland dus omstreden belang in RO-afweging Afstoffen Distributiewet (o.a.: Provinciale voedselcommisssarissen ) is minstens zo belangrijk als RO als je je zorgen maakt over voedselzekerheid. Idem: crisismanagement eerste 36 uur bij calamiteiten (cyber etc ). Aanleiding voedselzekerheids -argument: boeren voelen zich weggezet als tweederangsburger. Wens om weer net zo belangrijk te worden gezien als in de oorlog. Erkenning voor goede prestaties in verleden, samen kijken naar wat er voor de toekomst nodig is. ZieRli : Falen en Opstaan Er ls dus niet meteen reden arealen grasland of sierteelt in te perken voor voedselzekerheid. Noch om kritisch te zijn op handel. (en besef je dat als je voedselzekerheid voor Nederlandse burger wel politiek prioriteert dat je dan pleit voor verkleining veestapel)

Internationale voedselzekerheid Voedselzekerheid op Europees niveau: Europa is netto-exporterend, veevoer importerend Voedsel is wel een belangrijke sector in NL en een specialisatie van de delta t.o.v. industrie in omliggende landen. Niet voor niets concentreert internationale voedselbedrijfsleven zich hier en heeft behoefte aan productie bij innovatieve boeren ( sourcing ) Voedselzekerheid op mondiaal niveau: Ook hier zijn armoede en logistiek de oorzaken van problemen Mon diale zuiden inmiddels 73 % van de productie (1960: 43%) Wat wil Nederland toev oegen : producten als Goudse kaas of technologie en kennis voor duurzamere landbouw ?

Rol Nederland in internationale voedselzekerheid ( R. Ruben, nrc . 25.10.2024 ) Mensen met honger: van 65% (1950) naar 9% (2020), loopt op (11%) Meer mensen met problemen met overgewicht vooral door slechte voeding (2,5 miljard) Regeerakkoord zet in op voedselzekerheid en water. Typische speerpunten: irrigatie, drainage, baggeren. Essentieler zijn drinkwater en sanitair Ons voedsel (melk, uien) bereikt niet automatisch de armsten , verdringt lokale productie Omslag nodig van aanbod-gerichte strategie (“wat kunnen we goed?”) naar vraag-gerichte (“wat is nodig”). O.a. micro-krediet informele sector, betere opslagtechniek (50% verlies van voedsel).

Conclusie over Voedselzekerheid Belangrijk is crisesbeheersing, geen directe gevolgen voor R.O. Nederland is wel specialist in voedselvoorziening N.W. Europa en daardoor innovatie-lab in food voor de wereld. Behoud die rol uit welbegrepen eigenbelang Primaire productie van belang: niet zozeer volume als wel innovatieve ondernemingen. Betere gronden behouden door zoneren , vraag naar ruimte en geld voor grond geleiden naar zones met milieuproblemen (rood voor groen)?

Ruimtelijke Ordening op drie niveaus Europees: wat moet hier, wat kan elders vanuit brede welvaart (economie en gezonde leefomgeving}? Elders: deel van voedselproductie, van energieproductie (wij wind, zij zon), deel van defensie, deel industrie, deel van logistiek. Hier: wonen, infrastructuur, (delta -)natuur, ruimte voor klimaatadaptatie, aantrekkelijk landschap Nationaal (Nota Ruimte ?) Water en bodem sturend Ruimtevraag beperken door de hoogte in te gaan? No-land take ? Voedselzekerheid: rode functies liever op zand, waardestijging gebruiken om milieuproblemen (stikstof?) op te lossen door regio’s om te vormen ? Is zonering met aparte functies in RO gewenst ? Regionaal

12 Gebiedsindeling (vingeroefening): Op zeer klein oppervlak zowel de vruchtbaarste als de slechts denkbare bodems voor landbouw Voor mondiale voedselvoorziening (en welbegrepen economisch eigenbelang) wil je in dat perspectief innovatieve clusters in stand houden Dat leidt dan tot beschermen van sommige gebieden tegen andere functies Dus een tweedeling in Landbouwgrond / Agrarische Hoofdstructuur en Landschapsgrond (en 3 e :agroparken; 4 e landbouwinclusieve natuur). In beide gevallen gelden emissie-eisen van duurzame landbouw (KRW, klimaat, stikstof, fijnstof, groenblauwe dooradering etc.) Bodem en water sturend:eisen op landschapsgrond veel strenger dan in AHS; probleem is er groter, je wil cultuur-natuur

13 Vragen bij de AHS: Hoe groot en waar ? Meest vruchtbare bodems (zeeklei, löss, moerige/ lemige zandgronden) Wat is kritische productie omvang voor cluster, telt Vlaanderen / N.Saksen mee? Aardappelen e.d. onomstreden. Mag er ook grasland (of blijft zuivelcluster op landschapsgrond voldoende in stand), Gebouw-gebonden agro naar agro-parken? Mag “straatje erbij”, of windmolens zoals in Z. Flevoland ? Leegkomende erven ? Is concept wel nodig in regio’s die niet bedreigd worden door rode functies? Voor recht op zoet water?

14 Vragen bij Landschapsgrond Hier zijn scherpste milieueisen, dat is ook zonder dit etiket grootste probleem (emissie-eisen en/of zware gve /ha eis) Zoekgebied voor rode functies, en donkergroene (Bossenstrategie, natuur). Grote winst in brede welvaart mogelijk door nieuw model van “maatschappelijke landbouw” te ontwikkelen. Vraagt om herinrichting van landschap Rood voor groen (planbaten, land-development rights ?) Rood voor rood om ook hier land-take te beperken GLB ( eco -systeemdiensten, pijler 2) op deze gebieden richten.

Grondmarkt maakt geen onderscheid Prijzen geven de waarde aan van goederen voor onze welvaart (geldt ook voor grond en ruimte) Maar de grondmarkt functioneert op dat punt niet zo goed: Positieve externe effecten zijn niet ingeprijsd in waarde natuur, recreatieterrein S uboptimale landbouwstructuur leidt tot te hoge prijs. Negatieve effecten zijn niet ingeprijsd in landbouwgrond. `Maatschappelijke waarde ligt dus (veel) lager. Bij strengere emissie-eisen / lagere veebezetting verdien je minder aan een ha grasland: prijs daalt (als contante waarde van toekomstige opbrengsten) Op korte termijn stijgt waarde, bv. bij verlies derogatie: als je minder vee mag houden is er leegloop / overcapaciteit (stallen, arbeid, andere vaste kosten): op korte termijn hoef je alleen variabele kosten (saldo per ha) te rekenen bij eventuele gondhuur /koop En: door hogere mestafvoerkosten stijgt waarrde van akkerbouwgrond waar nog mestruimte is, waarde grasland stagneert of daalt. Belangrijke fiscale prikkels drijven prijzen landbouwgrond op. Door strenge ruimtelijke ordening worden prijzen industrie- en woningbouwgrond opgedreven (en ook daar fiscale subsidies zoals hypotheek). Meer speculatie?

Dus komt regulering in beeld Omgevingswet (omgevingsvisie en –plan) biedt al mogelijkheden voor beleid via vergunningen (en BAT, ALARA) Vaststellen emissie-eisen per bedrijf/perceel kan al. Ervaring met Reconstructiewet niet best: Gebrek aan bestuurlijke wil Tussenzone werd binnen de kortste keren dominant! Burgers in Landelijke Ontwikkelingsgebieden kwamen in opstand (framing ‘megastallen’) Markt voor verbredingsactiviteiten in extensiveringsgebied al snel verzadigd Concept AHS.Lanschapsgrond is wellicht al voldoende om GLB gelden of fiscale prikkels of meer ruimte voor multifunctionele activiteiten op boerenbedrijven etc. toe te kennen? Of zijn extra categorieën (functies) qua bestemming in Omgevingswet gewenst? Zoals bij industrieterreinen (kan al op gemeente-niveau )

De te maken keuzes in Brabantse voedselstrategie : Bepaling van de voor het voedselsysteem beschikbare ruimte qua landgebruik (oppervlakte en locatie) en watergebruik Allocatie van de beschikbare milieugebruiksruimte via de te realiseren emissiedoelstellingen (hoogte en moment van realisatie) een daarbij behorend budget voor eco -systeemdiensten en flankerend beleid. de mate waarin consumentengedrag wordt gestuurd. Bij die keuzes speelt de mate waarin rekening wordt gehouden met Europese en mondiale vraag naar ons voedsel een belangrijke rol.

[email protected] www.wur.nl [email protected] Dank voor de aandacht Q&A ?