Via het instrument SP en de opvolging wordt naast de inbreng voor de coördinatie ook
ondersteuning geboden op vlak van informatie en kennis, faciliteren interbestuurlijke
samenwerking, interactie met het (Vlaams) beleid, etc. Een slimme afstemming van instrumenten
en middelen (incl. capaciteit) kan ook de coalitie ondersteunen in de verzelfstandiging, continuïteit
en effectiviteit van de werking.
7.Tijdens de workshops werd ook de opgebouwde schat aan kennis over gebiedswerking, projecten
en interbestuurlijke samenwerking doorheen de jaren aangestipt. Er is een grote vraag om
dergelijke kennis beter te ontsluiten (zie ook de conclusies van het leermoment van 2019 of de
jaarlijkse VRP-opleiding regionale gebiedsontwikkeling). Bij strategische projecten specifiek, zijn er
vooral noden aan (1) uitwisseling met en tussen coördinatoren (regie), (2) gebiedsgericht overleg
(i.e. naburige projecten, …) en (3) continue uitwisseling van kennis en beheer daarvan.
Er wordt best aangestuurd op een ‘lerend netwerk’, een cultuur van samenwerking en netwerking,
tussen coördinatoren, tussen coördinator en het departement maar ook met/tussen collega’s in
brede zin. Kennisbeheer, opleiding, monitoring en databeheer, onderzoek, rapportage,
communicatiemiddelen (websites, cartografie, sharepoints, pers, …) maar vooral de uitwisseling van
ervaringen en het samenbrengen van mensen met gelijkaardige ervaringen zijn cruciaal om richting
geïntegreerde en transversale gebiedswerking toe te werken. Voor specifieke competentie is er een
gerichte vorming nodig.
De uitbouw van een lerend netwerk over gebiedswerking overstijgt het instrument Strategische
Projecten. Wel kan het instrument dienen als startpunt, testing ground en incubator voor het
opzetten en beheren van zo’n netwerk in opstart. Echter vraagt dit een specifieke set aan skills én
voldoende capaciteit om hier constructief aan te bouwen, initiatieven te evalueren, contacten te
leggen en onderhouden en linken te kunnen leggen binnen en buiten het departement. Er is
alleszins de ambitie vanuit de werking SP om hierop gericht mee in te zetten.
3. POSITIONERING SP TOV GEBIEDSONTWIKKELING
Het departement heeft een specifieke positie in de ‘beleidscyclus’ van de Vlaamse overheid. Voor wat
betreft het ruimtelijk beleid werkt ze geïntegreerd en holistisch. Ze pakt knelpunten systematisch aan en
zorgt voor een permanente afstemming met maatschappelijke uitdagingen en de beleid(sprioriteiten).
Het operationaliseren van deze missie vergt de nodige innovatie, adaptatie en differentiatie, waarin het
departement zich ook profileert als initiator en facilitator. De afdeling GOP staat in voor de uitvoering
van het (ruimtelijk) beleid, en van daaruit het leveren van input mbt beleidsevaluatie en monitoring.
Gebiedsontwikkeling is de “motor van (ruimtelijke) transformatie” (zie ook BRV en huidig
regeerakkoord). Met het oog op het uitbouwen van een stabiele en performante gebiedsontwikkeling
op maat zal het departement wisselend een initiërende, sturende of faciliterende rol opnemen en
(lokale) gebiedscoalities versterken met de uitvoering van een visie en bijhorend actieprogramma.
Daarbij zit het departement aan tafel als partner, en kan zij binnen het beleidsdomein en over
beleidsdomeinen heen een sturende kracht uitoefenen met het oog op de uitvoering op het terrein
van Vlaamse doelstellingen. Ze staat mee in voor afstemming, besluitvorming en voorstellen rond de
inzet van instrumenten en middelen voor de uitvoering. Het instrument SP heeft bewezen bij te
dragen aan de invulling van deze rollen. Strategische projecten slaan immers een brug tussen het
ruimtelijk beleid (en de Vlaamse prioriteiten) en de gebiedsgerichte programmatie.
1
1
Eerdere inbreng (nota’s) in relatie tot ‘gebiedsontwikkeling’:
beleidsaanbevelingen strategische projecten – oktober 2023
3