1° keus alendroninezuur, risedroninezuur
2° keus zolendroninezuur of denosumab
terughoudend zijn met 2° keus
andere middelen worden afgeraden
he
VU medisch centrum zZ
Begeleiding
(3,6,9,12 maanden en daarna jaarlijks)
Levensstijl
Bijwerkingen
Therapietrouw
Lengte meten en vastleggen in dossier (X WK bij
hoogteverlies van >5cm)
Valrisico
Fracturen
Nieuwe risicofactoren
Behandelduur bisfosfonaten
In principe 5 jaar tenzij
Niet langer dan 10 jaar
Bij verdenking op persisterend hoog fractuurrisico na
5 jaar opnieuw meten en evt therapie maximaal 5 jaar
verlengen
Na 3 jaar gestopt met bisfosfonaten opnieuw
evalueren
Of eerder bij nieuwe fracturen of nieuwe
risicofactoren
he
VU medisch centrum zZ
Overeenkomsten met CBO
Nieuw algoritme gemaakt
Prioriteiten
Actief beleid bij recente fractuur na 505! of
wervelinzakkingen
Secundaire osteoporose uitsluiten na fractuur
Evaluatie na 5 jaar met ruimte voor doorbehandelen
Keuze van medicatie
Verschillen met CBO
Één beslisboom daardoor één klein afwijkend groepje
Onderscheid proactief en vraaggestuurd beleid aangescherpt
Aanvullend onderzoek alléén bij verdenking op afwijkingen
(lets) andere systematiek aanvullende onderzoek
Vervolg na 5 jaar behandelen gebaseerd op klinische
risicofactoren
Osteopenie geen plaats in de NHG richtlijn. CBO laat ruimte
voor medicamenteuze behandeling bij osteopenie (vanaf Ts -2).
NHG richtlijn : continueren als voorgeschreven specialist.
he
VU medisch centrum zZ
Gemiste kansen*
« Ernstige osteoporose (verlaagde BMD + fracturen) is
een chronische ziekte en verdient jaarlijkse evaluatie
Het belang van het valrisico is m.i. nog iets
onderbelicht
Geneesmiddelvrije periode is afhankelijk van
medicatie: zolendroninezuur>alendroninzuur>