Ongetwijfeld behooren deze sierlijke schoenertjes tot de schoonste vaartuigen onzer
Noordzee-vischvloot en verdienen de namen der bekwame schippers, door wie ze bestuurd
werden, gemeld te worden.
DePolluxwordt gestuurd door schipperA. Verschoor.
,,
Castor
,, ,,,,,,
A. Koster.
,,
Rhea
,, ,,,,,,
C. Noordzij.
,,
Saturnus
,, ,,,,,,
L. v. Veelen.
De bemanning bestaat bijna geheel uit Pernissers, moedige forsche visschers, zooals wij
gezien hebben, die zelfs bij stormweêr visschen.
De equipages varen uitsluitend „op zegen”, dat wil zeggen op deel, volgens eene regeling
tusschen kapitaal en arbeid, zooals van oudsher te Pernis in zwang was.
Deze belangwekkende regeling, door langdurige praktijk allerdoelmatigst bevonden, is
aldus:
Het schip krijgt 72 deelen of lijnen.
De schipper 16, 7 matrozen ieder 12 en de 5 jongens naar grootte van 10 tot 2, namelijk
van de netto besomming, dat wil zeggen van hetgeen overblijft na aftrek van de gemaakte
kosten: zijnde het huurgeld van de beug, de victualie, het ijs, het vischaas, het havengeld,
het sleeploon, fooien, steenkolen, enz. enz.
Als voorbeeld diene het volgende:
Van half October tot half December 1878 maakte de Castor 5 reizen (4 naar Grimsby en 1
naar Vlaardingen).
De bruto-besomming bij elkaar was ƒ3640.00
De onkosten, die reederij en visschers hiervan eerst betaalden, bedroegen
,,
1269.39
Het deelgeld bleef dus ƒ2370.61
Hiervan kreeg de maatschappij 72 deelen
,,
914.—
Albert de schipper 16 deelen
,,
203.—